1. Onverharde paden worden steeds vaker geasfalteerd, afgesloten of omgeploegd.
Omdat behoud van onverharde paden weinig prioriteit heeft en wettelijk slecht geregeld is, verdwijnen dagelijks onverharde paden. Paden kunnen gemakkelijk illegaal afgesloten worden of bij het eigen erf getrokken. Ook worden veel aantrekkelijke paden geasfalteerd tot fietspaden en verliezen daarmee hun natuurlijk karakter.

2. Er is een groot tekort aan noodzakelijke voorzieningen voor wandelaars: overstapjes, klaphekjes, roosters, markeringen, informatieborden, bruggen, pontjes
Voorzieningen voor wandelaars zijn vergeleken met andere recreatieve voorzieningen uitermate goedkoop. Met simpele overstapjes wordt een route aantrekkelijk en afgebakend. Het aanleggen van voorzieningen is ook een manier van 'zoneren', waardoor kwetsbare paden en gebieden beschermd worden.

3. Wandelaars hebben veel last van ander recreatief verkeer op wandelroutes Wandelroutes blijken ook veel motorisch recreatief verkeer aan te trekken. Rivierdijken en smalle B-wegen zouden hiervoor afgesloten moeten worden. In natuurgebieden komt overlast voor van crossmotoren en ATB'ers. Omdat wandelaars vaak aangewezen zijn op fietspaden, ontstaan hier onveilige situaties voor wandelaars.

4. Voetpaden worden vaak afgesneden door autowegen, spoorlijnen en nieuwbouwwijken, zonder dat compensatie wordt geboden met nieuwe voorzieningen
Grote infra-structurele projecten (bijv. snelwegen, Betuwelijn, HSL, stadsuitbreidingen) houden geen rekening met voetpaden. Compensatie moet integraal deel uitmaken van de projecten.

5. De juridische status van voetpaden en recht op overpad is onvoldoende geregeld. Er is geen duidelijk overzicht welke voetpaden in Nederland openbaar en toegankelijk zijn
De Wegenwet biedt onvoldoende rechtsbescherming aan onverharde paden. De Wegenlegger (waaruit de openbaarheid blijkt) wordt in het algemeen slecht bijgehouden. In het kadaster wordt openbaarheid van paden niet vermeld. Ook op stafkaarten is de status van voetpaden niet zichtbaar. Wat ontbreekt, is een wettelijk kader voor 'recreatief medegebruik'.

6. In regionale streekplannen en bestemmingsplannen krijgen voetpaden(netwerken) onvoldoende status. Plaatselijke overheden (recreatieschappen, waterschappen) besteden onvoldoende aandacht aan wandelmogelijkheden in hun regio
Regionale overheden zijn de belangrijkste schakel om het realiseren van wandelmogelijkheden politiek en financieel mogelijk te maken. Daarvoor is duidelijke planvorming noodzakelijk. Dat wil zeggen dat voetpadennetwerken deel uit moeten maken van plannen voor de ruimtelijke ordening (landinrichting, streekplannen, structuurplannen e.d.). Daardoor krijgen de netwerken een juridische status en bescherming.

7. Natuur- en recreatiegebieden rond steden zijn slecht met elkaar verbonden en moeilijk bereikbaar voor wandelaars
Veel steden zijn omgeven door grote natuur- en recreatiegebieden. Deze zijn vaak voor wandelaars onbereikbaar door het gemis aan groene zones vanuit de stad, grote barrieres (wegen, waterlopen) en het gemis aan voorzieningen. Onverharde paden kunnen uitstekend functioneren als ecologische linten die natuurgebieden met elkaar verbinden.

8. Er is ook te weinig aandacht voor wandelmogelijkheden in de 'witte' gebieden buiten de bekende natuur- en recreatieterreinen
Veel aandacht gaat uit naar beschermde natuurgebieden (waardevolle cultuurlandschappen, landschapsparken, groenprojecten). De gebieden daarbuiten worden 'witte gebieden' genoemd. Hier hebben natuur en recreatie weinig prioriteit. Juist in deze gebieden zijn nog veel onverharde paden en andere landschapselementen die bescherming verdienen.

9. Wandel-, natuur en milieuorganisaties werken nog onvoldoende samen voor het behoud van waardevolle landschappen en de voetpaden die daarin thuishoren
Wat deze organisaties bindt is hun grote betrokkenheid bij het behoud van waardevolle landschapselementen. Onverharde paden zijn de wegen waarop de organisaties elkaar vinden en daarmee een evenement als de Voetpadendagen mogelijk maken. Deze gemeenschappelijke betrokkenheid moet vorm krijgen in nog meer initiatieven om gezamenlijk op te komen voor het behoud en de toegankelijkheid van onverharde paden.